Het kassameisje en de filosofie

8 april 2015

Het begon ermee dat ik de boodschappen verkeerd aangaf, een voor een uit het mandje over de toonbank.
‘O,’ zei ik halverwege, ‘dit is niet handig voor je.’
‘Hoezo?’ vroeg het kassameisje kattig,ze hield haar hand even stil op de toonbank. ‘Dat kan ik heus wel, hoor.’

Ik dacht aan de filosoof die slimme dingen had gezegd over het uitstellen van je oordeel. Het leek me dat deze situatie ging over oordelen, maar ik wist nog even niet of ik degene was met het oordeel of het kassameisje.

Ik zei: ‘Ik dacht, omdat ik eigenlijk het mandje in het rek moet zetten.’
Ze fronste.
Ik zei: ‘Omdat je dat zo gewend bent, bedoel ik.’
Iemand zijn oordeel laten uitstellen was duidelijk niet mijn sterkste kant.
‘Nou,’ zei het kassameisje bozig, ‘ik studeer economie.’
‘Ah,’ zei ik, ‘oké,’ en ik hoopte dat deze twee woorden verklaarden dat alles waarvan ik dacht dat zij dacht dat ik het dacht, niet waar was.

Als laatste gaf ik haar de krant, rechtstreeks over de toonbank, want zo wilde zij het.
Ze noemde het bedrag en terwijl ik naar mijn pinpas zocht, sloeg ze mijn krant open.
‘Nog geen tijd gehad om te lezen, vanochtend,’ zei ze.

Filosofie maakte het leven er niet makkelijker op, maar, had een andere filosoof gezegd, dat was ook helemaal niet de bedoeling, van filosofie.

 

 

 

Zin in nog een supermarktgesprek? Kijk dan hier.
Hier stond ik bij de groentenboer.


Reacties

Geef een reactie